Naar Tijd voor reflectie en ethiek......
Feestelijke start Week van reflectie, maandag 20 november 2023
‘Zingeving in de zorg; Wat houdt jouw cliënt in het bijzonder bezig?’
‘Het kennen van relevante persoonlijke informatie kan van invloed zijn op de zorg of behandeling die je verleent, zou moeten verlenen of juist niet zou moeten verlenen’, stelt prof. dr. Yvonne Engels, hoogleraar ‘Zingeving in de gezondheidszorg’ in het Radboudumc.
Yvonne Engels richt zich in haar presentatie op de communicatie tussen zorgverleners en cliënt. In hoeverre hebben zorgverleners niet alleen aandacht voor de aandoening van de cliënt, maar ook voor datgene wat die cliënt in het bijzonder bezig houdt? En hoe kan dit verbeteren, rekening houdend met hun drukke agenda’s?
Zeker bij cliënten met een of meerdere chronische ziektes, met toenemende zorgafhankelijkheid, of met een ongeneeslijke ziekte is het belangrijk om de hele mens te zien en niet alleen de zieke. Niet alleen waarderen cliënten dat, het kennen van relevante persoonlijke informatie kan van invloed zijn op de zorg of behandeling die je verleent, zou moeten verlenen of juist niet zou moeten verlenen.
Aan de hand van haar onderzoeks- en trainingservaring zal Yvonne haar
kennis en ervaringen delen..
Een voorbeeld vanuit een observationele studie van promovenda Jacqueline van Meurs:
Een oncologisch verpleegkundige heeft de zorg voor een vrouw op de dagbehandeling. Deze vrouw houdt nauwlettend in de gaten of het inlopen van haar chemo wel snel genoeg gaat. De verpleegkundige raakt hierdoor geïrriteerd, voelt zich opgejaagd en uitgespeeld. Jacqueline stelt aan de verpleegkundige voor dat ze aan de vrouw vraagt waar zij zich zorgen over maakt, en waarom ze zo’n druk op de tijd legt. De verpleegkundige gaat naast de vrouw zitten en stelt deze vraag. De vrouw legt uit dat ze in het ziekenhuis gewoon een van de patiënten is, omgeven door andere patiënten met hun ziekten en verhalen. Ze is hier niet meer dan een vrouw met kanker. Ze doet dan ook geen moeite om haar ziekte te verbergen en draagt hier geen pruik. ‘Maar thuis, thuis zet ik mijn pruik op, stift ik mijn lippen en ben ik weer mijzelf. Ik kan niet wachten tot het zover is. Hoezeer iedereen hier ook zijn best doet, ík zit hier opgesloten. Ik doe mijn best er iets van te maken. Maar die onzekerheid is er ook. Ik wil niet alleen met mijn ziekte bezig zijn, maar dat is moeilijk zolang ik hier ben.’